Ontvang de nieuwste updates

Blijf met de updates op de hoogte!

Melinjo

Latijn

Gnetum gnemon

Familie / soort

Gnetaceae

Kenmerken

De melinjoboom is een schaduw tolerante, slanke groenblijvende boom, die tot 15 m hoog kan worden. De boom vormt een lange penwortel. Er bestaan verschillende soorten, die uitgroeien tot bomen (var. gnemon) of tot struiken (vars. Brunonianum, griffithii en tenerum). De takken staan in kransen om de stam en als er takken afvallen, blijft een verdikte ring om de stam aanwezig. De bladeren zijn ovaal van vorm en zijn donkergroen van kleur. De boom draagt mannelijke en vrouwelijke bloemen. Deze groeien in de vorm van katjes. De vruchten groeien in trossen van groen, via geel naar oranjerood.

De voedzame zaden worden gegeten als snack, emping genaamd. De jonge bladeren, bloemen, vruchten en de schillen van de vruchten worden gebruikt als groente. Ze worden gebruikt in soepen en stoofgerechten. Je kunt ze rauw, gestoofd of gekookt eten. De zaden worden eerst geroosterd, zodat de schil gemakkelijk los laat. Om de witte kern van het zaad zit nog een donker, gestreept vliesje, dat eerst moet worden weg gehaald. Daarna worden de witte pitten plat geslagen, in de zon gedroogd en daarna worden de platte chips gefrituurd. Dit wordt emping genoemd. Je hebt naturelle emping, met zout of zoete emping. In Indonesië bestaat een levendige industrie, die emping vervaardigt. Dit is vooral in het westen van Java, Midden- Java en Noord-Sumatra.

Van de vezels uit de bast van de melinjoboom worden touwen, visnetten, lijnen, tassen en duurzame gereedschappen gemaakt. Het hout wordt gebruikt in de woningbouw en papierindustrie.

Smaak

Emping heeft een licht bittere smaak. Je moet er even aan wennen, maar dan zijn ze erg verslavend. Emping is er in de smaken naturel, zout en zoet.

Herkomst

De melinjoboom is inheems in de regenwouden van Zuidoost-Azië en de eilanden in de westelijke Stille Oceaan. Vooral in Zuidoost-Azië wordt de soort veel verbouwd.

Teelt

Melinjobomen kunnen worden geteeld door zaaien, enten of stekken. Vaak worden de kiemlingen onder de boom uitgeplant in tuinen. De boom groeit vrij snel, maar kan door snoeien in vorm gehouden worden. Hij verlangt een tropisch klimaat met een licht zure tot neutrale bodem, die het vocht goed vast houdt.